Tags
Dit receptje wou ik toch ooit eens op het blogje zetten, de nostalgie druipt er zo af. Vérre nostalgie inmiddels, maar nog steeds zo écht. Mijn moeder kon niet alleen goed koken, ze maakte vaak mijn lievelingskostjes klaar. Op mijn permanent verzoek steevast hetzelfde trouwens op zaterdagavond, na mijn bad (toen gingen kinderen nog één keer per week in bad, op zaterdag. Je kon achteraf soep koken van het badwater, maar ik denk dat kinderen nooit zo proper geweest zijn als toen op die zaterdagavonden). Glimmend in mijn beertjes-pyama wist ik wat er in de keuken op me stond te wachten. En brààf dat ik dan was!
We hadden een authentieke beenhouwer op de hoek van de straat, zo nog van die gasten die in het vlees geboren zijn, weet je wel. Hij maakte échte “Poolse worsten” voor zijn cliënteel, duidelijk geïnspireerd op de originele recepten van het talrijk allochtoon publiek van Slavische origine. Maar on-ver-gete-lijk lekker, om zelfs een vegetariër mee te bekeren.
Met een recept van de beste en Duitse vriendin van mijn mams (Rosemie heette het mens, en ze was in feite een soort reïncarnatie van de Germaanse gastronomie, met als eeuwig te herinneren uitspraak “die Söse mach ich!”. En dan kon ze, als geen ander. En Kartoffelsalat, dat leerde mijn moeder van Rosemie en ik van mijn moeder. Een traditioneel recept wat op die manier voor het nageslacht bewaard bleef.
Richtiger Kartoffelsalat
Schrob kookvaste aardappelen (“nieuwe” op dit ogenblik beschikbaar!) schoon met een aardappelborsteltje en snij ze in middelgrote blokjes. Beetgaar koken met een beetje zout. Laten afkoelen.
Die Söse
- 2 flinke EL Duitse mosterd
- 4 EL zachte olie met een niet te geprononceerde smaak
- 4 EL witte azijn
- 2 EL mayonaise zonder citroen
- 2 pijpajuintjes, fijn gesneden
- ½ sjalot, versnipperd
- ½ rode ajuin, versnipperd
- 1 handvol zure augurkjes en zilveruitjes, grof gesneden
- ½ bos peterselie, fijngehakt
- 2 EL kappertjes
- 1 blik van ½ liter Macédoine de légumes (die van Bonduel is best wel OK)
- 1 snuif witte peper
Meng de mosterd, de olie en azijn en de mayonaise met een klopper door mekaar tot een gladde emulsie.
Voeg er de overige ingrediënten bij, roer goed om en zet koud weg. Schep er nadien met een houten spatel de aardappelen onder en laat in de koelkast minstens één nacht overnachten. Om het helemààl “richtig” te maken: voeg ruim voor het opdienen twee hardgekookte eieren toe, in grove stukken gesneden, en laat opnieuw enkele uren afkoelen.
Kook de Poolse worst een vijftal minuten in kokend water (de echte van bij “Slachter Geuns” op de hoek van de Limburgse straat is helaas niet meer te vinden, maar bij Delhaize vind je een behoorlijk alternatief, vacuüm verpakt weliswaar).
Schep de koude Kartoffelsalat in een serveer-ring, druk goed aan en maak er een torentje van, afgewerkt met wat peterselie. Serveer er de worst dampend heet bij.
Als kid kreeg ik er een schep pickles bij, waar ik overigens compleet verslààfd aan was, in die mate dat mijn vader me met boze blik waarschuwde: “je eindigt nog eens met een gele maag, gelijk de Chinezen“.
Aber es hat mir immer sehr gesmeckt. Merci Rosemie voor dit tijdloos recept (God hebbe hare ziel, maar niet haar Kartoffelsalat)
PS: Er zitten op dit ogenblik 2 Bise-broodjes in het blauwe staal hun best te doen in de oven. Eentje met sesam en pompoenpitten, en eentje met bakrozijnen. Maar goed, wie heeft dààr nu nog belangstelling voor…
Heb gebladerd in het nieuwe kookboek KOKEN en hoop dat er iemand (hint voor Thomas) dit koopt voor moederdag. Maar op dit blogje leer ik ook wel ’t één en ander bij. Binnenkort kan je zelf een echt boek op de markt brengen. Tegenwoordig trouwens de rage, een kookboek uitbrengen. Wie weet een side-activity van Charco?
Gisteren in Standaard-boekhandel de fameuze bijbel van Ter Duinen ook even in handen gehad. Best wel de moeite. Bakkershoedje af voor de chefs en keukenpieten die al de materie compleet beheersen en vanbuiten kennen. Still a long way to go… Als DIT je moederdagkado wordt, mag Thomas gegarandeerd rekenen op extra veel culinaire hoogstandjes en verwennerij 🙂
Anderzijds, deze ochtend op de markt van Ledeberg vroeg de man van het notenkraam me of ik bereid zou zijn workshops over bakken te geven. Toch wel even slikken en serieus over nadenken. Van amateuristisch blogje naar workshop lijkt me een héle sprong. Daar dan een handig kookboekje bij en wie weet wat de toekomst brengt! Stop dreaming! Morgen back to work 😦
Ja Danny ik herinner mij nog heel goed die lekkere aardappelsalade die ik zo dikwijls bij jou thuis gegeten heb en die Poolse worst ,je kon ervan eten tot je niet meer kon .
Wat konden wij samen goed kletsen , je moeder en ik en ook wel eens roddelen ,maar het is al zeer lang geleden en het was een mooie tijd .
Inderdaad een behoorlijke brok nostalgie Anita, waar we met een vleugje weemoed kunnen aan terug denken. Daarom (of is het nu door het ouder worden?) grijp ik zo graag eens terug naar de tijd van toen. De receptjes, de manier waarop mensen met hun gezin en eten bezig waren, de aandacht, de producten die zomaar uit de hof kwamen, vers geplukt. Als kind speelde ik in Borlo in volle zomer tussen het hoge graan, wat wuivend over eindeloze velden stond te wiegen. Begrijpelijk dat het brood toen zo lekker was… En de tomatensoep met balletjes die mijn moeder klaar maakte – met een vleugje liaison erin als het feest was – dié wil nog wel eens klaar maken in mijn Staub! Of een échte vol au vent met frietjes en van die overheerlijke bladerdeegjes. “Het is vidée volgende zondag” zei ons ma, en dan mocht ik de dag voordien mee het veld op om verse champignons te gaan plukken.
Je hebt gelijk, dat vinden we tegenwoordig allemaal niet meer in de snel-klaar-keuken, dus daar moeten we wat aan doen..
Pingback: Winterse veggie | La Toille Ciree
Pingback: Think Big | La Toille Ciree