Tags

,

Er zit een invitatie in mijn schuif om morgen au krieke du jour zoals onze zuiderburen dat plegen uit te drukken naar een brunch te gaan. Veel volk, naar het schijnt, de inauguratie van een nieuwe woning, of beter een gerestaureerde woning, of nog beter een nieuwe thuis voor een aantal mensen. Dat is nog altijd best van al, een thuis. Niks gaat er boven. Meteen een paar sfeerbeelden erbij van mijn eigen modeste keukentje, waar de broden op het aanrecht staan te rusten, te rijzen en zichzelf liggen te verkneukelen om de oven in te gaan. Die staat op te warmen, zoals mijn sober bakkersverstand vandaag ook ganse de tijd op “opwarmen” heeft gestaan, om de inspiratie aan te scherpen, wel te verstaan.

Ik neem namelijk wel graag eens een bloemetje mee voor de gastvrouw – of gastheer, want gastheren kunnen in deze hedendaagse tijden best wel eens een bloemetje waarderen, ze schijnen er zelfs bijzonder opgetogen over te kunnen zijn. Persoonlijk heb ik liever een flesje rode of witte wijn, geen dure dingen uit nobele kelders, neen, zoiets wat zonder veel voorstudie of complexe bijhorende gerechten uit de kast kan gehaald worden en vlot onder de kurk uit. Maar ik dwaal af: geen bloemetje mee voor morgen, en ook geen wijn, maar twee stuks home made en met veel overtuiging gebakken broodjes. Behoorlijk werkzame recepten, waardoor hoger genoemd bakkersverstand vandaag toch wel een aardige klus te klaren had. Het zekere voor het onzekere (ervaring, herhaling, bijna routine… Bestaan er nog zekerheden in Het Leven?) of los uit de vuist aan het bakken gaan? Een gulden middenweg leek me wel wat, nu de nieuwe broek netjes ingelegd in de kast hangt (Zucht. Zou ik er nog eentje gaan halen?) en er op tijd aan dit drieste avontuur begonnen werd: poolish in twee uitvoeringen, elk bestemd om aan het juiste deeg de juiste ondersteuning te geven! Rond vier uur in de namiddag met veel goede moed de voorbereidingen “inzetten” en om 22h00 de laatste foto shooting voor het blogje…

Met lege handen op een gelegenheid toekomen, neen, daar doen we niet aan mee. Wél hopen dat de broodjes naadloos kunnen ingelast worden in de brunch, aansluiten met hier of daar een verrassend gerechtje, of gewoon als een bloem op de tafel komen te staan. Het leven is gokken. En een blokje boter zal er toch wel ergens voorhanden zijn?

Nodig

  • 300 gr bio vol tarwemeel
  • 300 gr tarwebloem, tipo 0
  • 200 gr poolish van 4 uur (100 gr roggemeel + 100 ml lauw water + 2 gr verse bakkersgist)
  • 12 gr fijn zeezout
  • 40 gr malse boter in stukjes
  • 10 gr bakpoeder
  • 15 gr verse bakkersgist, opgelost in 80 ml lauw water, 1 KL rietsuiker en 1 KL witte tarwebloem
  • 220 ml lauw water
  • 200 gr vaste Feta, goed uitgelekt
  • 100 gr gebrande gemengde noten, in hoofdzaak walnoten

Een springvorm van 22 cm, beboterd en bekleed met bakpapier (bebloemd)

Werkwijze

  • Schep de rogge-poolish in de mengbeker van de robot, giet er de gemengde meel en bloem over.
  • Maak een kuiltje, giet er het gistmengsel in, dek voorzichtig toe en laat rustig op grootmoederswijze een half uurtje staan
  • Start het kneden en voeg het water en boter toe, dan het zout en het bakpoeder. Laat ongeveer 12 minuten kneden
  • Haal van de haak en stort het deeg op het werkvlak. Voeg zo nodig nog wat water toe en kneed minsten nog 8 minuten door met de hand, tot het goed rekt en lauw aanvoelt
  • Laat het deegstuk nu 10 minuten rusten onder een vochtige handdoek
  • Breng over naar de rijsmand, dek goed af en geef een eerste rijs van 35 minuten
  • Sla het deegstuk door op het werkvlak, plooi en vouw het, rol het op
  • Rol het uit tot een rechthoekige flap, ongeveer 5 cm hoger dan de bakvorm
  • Bestrooi met de verbrokkelde Feta-kaas en de grof gebroken noten
  • Rol de deegflap worstvormig in de lengte mooi vast op en laat opnieuw 10 minuten rusten onder een vochtige handdoek
  • Snij er gelijkmatige stukken van en schik die in de springvorm, met de naad naar binnen
  • Geef goed afgedekt een tweede rijs van 90 minuten
  • Doreer met een opgeklopte eierdooier en wat water en bak af in een oven van 220 graden. Daal de temperatuur na een kwartiertje tot 200 graden en voorzie een totale baktijd van 35 minuten
  • Haal uit de oven, laat even afkoelen, ontvorm, keer twee keer om en laat volledig afkoelen op een rooster
  • Breek er stukken van, een beetje koude goede boter er op mag – meer moet dat echt niet zijn.