Tags

, ,

Een lekker warm theetje met verse gember en een schijf citroen mag er wel bij horen vandaag. Een bakker zonder bloem trotseert immers weer en wind om aan zijn gerief te geraken, het is te zeggen de route per fiets Gent – Evergem en retour aan ongeveer een kleine 25 km in de gietende regen is écht wel een blijk van liefde voor het vak, toch?

De Panisto-man in kwestie heeft echter voor mij de juiste bloem en meel in huis, samen met de rinse appelstroop die ik weleens pleeg te gebruiken in mijn deegstukken én ik had dringend speltmeel nodig, om binnenkort zuiver speltbrood met karnemelk te gaan bakken. De terugrit met potdorie toch wel tegenwind zeker werd weliswaar een tandje of twee lastiger door een goed gevulde doch sterk overhellende fietszak…

En mijn onderbuurvrouw zou ik plezier doen met een klein kramiekske, ergens in de loop van volgende week. Van het koekebrood kreeg ik dan weer te horen dat het was “zoals mijn moeder dat bakte” – in de wetenschap dat we inmiddels in termen van overgrootmoeder spreken, dus dat is éxact wat we hebben willen: brood als in de tijd van toen.

Er loopt ter plekke evenzo een experiment met de nieuwe Bio Camp Rémy die ik sinds vorige week aan het uittesten ben, met een beetje aarzeling, eerlijk toegegeven. Vernieuwing is vaak anders dan anders en ofwel wordt het wennen, ofwel wordt het uitzoeken hoe we terug aan het gewenste – en vereiste! – evenwicht geraken.

De balans slaat wat mij betreft met de naald ver over naar de positief-lekkere kant bij het kritisch proeven van het muesli-brood van gisteravond. Verrijkt met Aagse pruimpjes, in kleine stukjes gesneden en meteen aan het hoofddeeg toegevoegd van bij de aanvang van het kneden, en rond de magische 7de minuut er een mooie, zachte walnootolie als vetstof bij gedaan. Waardoor een zalvend zachte en geurige deegstructuur ontstond. Mede door de forse eetlepel appelstroop en de verwerkte stukjes Aagse pruim, waren er twee hélé vlotte tot indrukwekkende rijsperiodes met een mals, zacht-verend deegstuk. Dat heb ik finaal in twee stukken verdeeld, een kleintje (voor mij) en het grote om weg te geven.

Het is een klein beetje zoeken naar het juiste waterpercentage, omdat er tenslotte 150 gr droge substantie aan bio-muesli bij moet, die uiteraard als een spons een stuk van het vocht gaat opeisen. Naar meelsoorten toe is het dan weer voor dit favoriete broodje toe erg dankbaar werken met 80% Oud West-Vlaams en 20% Grootmoeders Bruin, waar ook een klein gedeelte rogge in zit. Andermaal naar mijn erg bescheiden mening: mooi in balans!

Muesli_aagsepruimpjes.xlsx